Couscous met pesto en pompoen

 

Maak pesto van de basilicum, olijfolie, pijnboompitten en parmezaanse kaas. Meng de pesto met 200 gram hüttenkäse. Roer er een half blikje gegrilde aubergine in tomatensaus door. Snijd een halve kleine pompoen in blokjes. Bak de pompoen in een koekenpan met een eetlepel kaneel zacht. Bak een halve in blokjes gesneden courgette ook even mee. Snijd 100 gram kersttomaatjes door midden. Snijd een avocado in blokjes. Kook een halve liter water. Overgiet twee koppen couscous met kokend water totdat het ruim onder water staat. Laat de couscous wellen totdat al het water is opgenomen. Meng alle ingrediënten door de hüttenkäse. Kruid met zwarte peper. Voeg 50 gram ongezouten cashewnoten toe.

Naar smaak kun je bijvoorbeeld nog toevoegen: vijgen, dadels, rozijnen en/of paprika. Pesto maak je door veel basilicum met 2 el parmezaan, 2 el olijfolie en 2 el pijnboompitten in een vijzel fijn te malen. Doe er meer olijfolie bij als de pesto te droog is en meer parmezaan of pitten als hij te nat is.

Mezzaluna met surimi

 

Snijd de blaadjes van vier takjes basilicum in reepjes. Doe ze in een grote schaal samen met vier eetlepels olijfolie en 1 eetlepel truffelolie. Snijd een halve courgette en een halve aubergine in blokjes en bak ze in een koekenpan en laat het afkoelen. Halveer een handvol kersttomaatjes. Snijd een avocado in blokjes. Voeg alles bij elkaar en schep er 150 gr surimi flakes door. Rasp 100 gr parmezaan en doe de helft door het mengsel.

 

Kook een pak mezzaluna pasta. Serveer de pasta met het groentemengsel en de overige parmezaan.

Zoete aardappel met spinazie en peer

Dit recept is een variatie op een eerder recept, een ovenschotel. Deze variant hoeft niet in de oven en heeft wat toegevoegde smaken. 

Schil 1 zoete aardappel en 400 gram vastkokende aardappels en snijd ze in blokjes. Bak ze in een koekenpan goudbruin. Kruid de aardappels met 3 tl kardemom en wat peper. Bak ondertussen in een andere pan 300 gram spinazie zacht en voeg die bij de aardappels. Smelt 100 gram pittige blauwe kaas met 200 ml room op een laag vuur. Snijd een blikje halve peren in kleine stukjes en ontpit en snijd enkele dadels fijn.

 

Voeg alles bij elkaar en warm het geheel nog even goed door. Serveer eventueel met wat parmezaanse kaas. 

Nasi met pindasaus en geroosterde tofu

Marinade voor een blok tofu:
120 ml sojasaus
30 ml mirin
30 ml rijstazijn
60 ml gembersiroop
50 ml sesamolie
1 el honing
2 tl suiker
1 teentje knoflook

Meng alle ingrediënten behalve de knoflook in een steelpannetje. Pers de knoflook erboven uit. Laat de saus enkele minuten zachtjes koken totdat hij enigszins stroperig wordt.

Dep een blok tofu droog met een doek. Snijd de tofu in dunne plakjes. Leg ze te drogen op een doek. Verhit wat zonnebloemolie in een pan. Leg de tofuplakjes in de pan (zorg ervoor dat de pan niet te vol wordt). Bestrijk met een kwastje de bovenliggende zijde van de tofuplakjes met de marinade. Keer de tofuplakjes om en bestrijk de andere zijde met de marinade. Keer de plakjes regelmatig om totdat ze donkerbruin zijn. Zorg ervoor dat er wat marinade overblijft, die heb je nodig voor de pindasaus.

Pindasaus:
Gebruik het restje marinade als basis. Voeg 2 el pindakaas toe en 200 ml kokosmelk. Meng het geheel in een blender tot een gladde saus. Giet de saus over in een pannetje. Snijd een halve serehstengel in plakjes. Voeg deze plakjes toe aan de pindasaus en laat de saus gedurende 15 minuten indikken op een laag vuur. Af en toe omroeren.

Nasi:
Kook 1 kop rijst op de gebruikelijke wijze. Snijd een halve paksoi in stukjes. Verhit olie in de wok en voeg een teentje knoflook, wat fijngesneden verse gember en een halve Spaanse peper (in reepjes) toe. Bak 100 gram garnalen (sea bob) in de olie en schep ze er vrij snel weer uit, anders worden ze taai. Bak vervolgens de paksoi in de olie. Snijd 1/3 winterwortel in kleine stukjes. Met de kool meebakken. Schep de wok leeg. Snijd een dikke plak koolraap in blokjes en bak deze in de wok. De wok leeg scheppen. Bak de gekookte rijst en voeg alle gewokte groenten en de garnalen toe. Warm het geheel goed door. Serveer met de pindasaus en de tofu.

De gebruikte groenten kunnen door andere groenten vervangen worden. Eventueel kunnen de garnalen weggelaten worden.

Paddenstoelenrisotto met vijgen

Een variant op een eerder recept voor risotto met erwten en geitenkaas. Om een groter contrast met de vijgen te geven zijn hier nog paddenstoelen aan toegevoegd en is fond gebruikt in plaats van bouillon.

Doe 300 ml paddenstoelenbouillon of -fond in een pan. Voeg een gelijke hoeveelheid water toe. Pers twee teentjes knoflook er boven uit en bak 2 kopjes (2 cups) risottorijst, totdat al het vocht is opgenomen en de rijst gaar is. Voeg indien nodig onderwijl extra water toe. Snijd 300 gr oesterzwammen en een halve rode paprika in stukjes en bak ze met 150 gr verse doperwten enkele minuten mee met de rijst. Smelt 150 gr geitenkaas in het mengsel. Kruid met peper en zo nodig zout. Schep er op het laatst nog vier in stukjes gesneden verse vijgen door.

Buiten het seizoen kun je ook gedroogde vijgen gebruiken. De erwtjes zijn te vervangen of aan te vullen met mais.

Stamppot van rode kool met cranberry

Cranberry's of veenbessen komen in Nederland nauwelijks voor, behalve op Terschelling. Men zegt dat daar in 1845 een vat veenbessen aanspoelde, waardoor de plant daar is gaan groeien. Inmiddels groeit de plant ook op een klein aantal andere plaatsen in Nederland, maar het is van oorsprong een exoot. Het zijn heideachtige struikjes met rode bessen die groter zijn dan het blad van de plant.

De veenbessen zijn rijk aan vitamine C en mineralen en hebben een heilzame werking bij blaasontsteking, maar grote hoeveelheden kunnen misselijkheid en diarree veroorzaken.

Kook 100 gram cranberry's in een laagje water met een eetlepel honing en sap van een halve citroen. Laat in enkele minuten inkoken toe een stroperige gelei. Bak 150 pittige gekruide tofureepjes. Verwarm een zakje rode kool met appeltjes. Meng alles door de puree. Kruid met een eetlepel kardemom.

Laat je niet afschrikken door het wellicht onsmakelijke uiterlijk..

Laat eventueel enkele draadjes saffraan meekoken met de cranberry en/of roer crème fraîche door de puree.

Zalm met venkel en saffraansaus

Snijd rode peper, knoflook en gember fijn en fruit kort in olie. Snijd een venkel in kleine stukjes en bak met een theelepel suiker bij de kruiden. Voeg op het laatst 300 zalmstukjes toe en bak ze kort mee. De zalm moet nog een beetje rose zijn.

Maak een saus van 100 ml yoghurt, 100 ml room, 0,05 gr saffraan en 1 el honing. Kook de saus en voeg enkele reepjes rode peper toe. Bind zonodig met een theelepel maïzena.
Serveer met verse pasta, avocado en granaatappelpitjes.

Garnalen met cranberrysaus

Umami is de zogenaamde vijfde smaak, naast zoet, zout, zuur en bitter. De smaak wordt over het algemeen omschreven als 'hartig'. De gebruikte umamipasta is een japans product en is te verkrijgen in de betere supermarkten of bij de toko. Voor de umamipasta kan ook 1 eetlepel wasabipasta of mierikswortel gebruikt worden.

Snijd twee teentjes knoflook en 1 rode peper fijn en fruit die kort in olie met 150 gram rauwe garnalen. Schep de garnalen uit de pan. Snijd 1 grote zoete aardappel in blokjes en bak die in de olie met nog wat extra knoflook. Gebruik voor de zoete aardappel de oranje soort, die ook van binnen oranje is. Voeg twee eetlepels umamipasta toe. Schep een potje veldertjes door de aardappels. Voeg op het laatst de garnalen toe en breng het geheel op temperatuur.

Voor de saus:
Kook 150 gram verse cranberries in een halve liter water met drie eetlepels suiker en sap van een halve citroen. Kook tot de besjes gebarsten zijn en de saus een gelei is geworden. Serveer de saus bij de aardappels. Wat over is van de saus kan uitstekend als jam gebruikt worden.

Het gerecht is nog niet naar mijn zin. De schotel mag wat meer kracht hebben om tegen de zoete saus op te kunnen. Hier moet ik nog wat mee experimenteren.

Gerookte, pittige tempeh is een goede vervanger van de garnalen en geeft meteen een krachtiger smaak.

Zoete aardappelburgers en spruitjes met hazelnoten

Voor de spruitjes:
Hak 50 gram hazelnoten fijn en bak ze kort in olie aan. Laat ze niet bruin worden. Maak 150 gram spruitjes schoon en snijd ze in fijne reepjes. Bak de spruitjes 7 minuten in olie gaar, onder voortdurend roeren. Voeg een beetje piri-piri-olie of sambal toe. Schep er de hazelnoten door en schep alles in een vuurvast schaal. Strooi er geraspte oude kaas over (Old Amsterdam). Zet kort voor het serveren de schaal even in de oven totdat de kaas gesmolten is.

Spruitjes (rechstboven) en zoete aardappelburgers (rechtsonder)
geserveerd met rijst (links)

Voor de burgers: (vier personen)
Snijd 4 gedroogde dadels en 2 vijgen in stukjes. Snijd 2 cm verse gember in plakjes. Snijd een 1 cm dikke plak van een koolraap en 1 zoete aardappel in kleine stukken en kook ze gaar. Koel af met koud water. Voeg alles bij elkaar en hak fijn totdat het net geen puree is. Voeg 3 el fijngehakte amandelen toe. Meng met 50 gram bulgur, 1 dl kokend water, een eetlepel mosterd, zwarte peper, chilivlokken, 3 el havervlokken en 1 ei. Laat enkele minuten rusten zodat de bulgur het vocht kan opnemen. Vorm met natte handen burgers en bak ze vijf minuten op laag vuur aan beide zijden gaar.

Tomatensoep met pasta

Ontvel 1 kilo tomaten en snijd ze in stukken. Snijd en fruit drie teentjes knoflook in een grote pan en voeg de tomaten en fijngesneden blaadjes van één takje rozemarijn toe. Laat enige tijd zachtjes koken. Pureer de tomaten en kruid met vers gemalen zwarte peper. Snijd 1/4 winterwortel 'julienne', een groene paprika in stukjes en een halve prei in dunne reepjes. Kook de groente en een pak verse 'perline' pasta met kaas kort mee. Smelt 250 gram mascarpone in de soep. Roer 1 borrelglaasje Pernod toe. Snijd enkele salie- en basilicumblaadjes fijn en roer door de soep.

Serveer met 100 geraspte parmesaanse kaas. Voeg eventueel een in stukjes gesneden avocado toe.
De soep krijgt natuurlijk meer smaak met goede, geurige tomaten!

Perline pasta zijn kleine, gevulde deegbolletjes die aan de bovenkant als een bloem dichtgeknoopt zijn. Deze pasta is er met vlees en met kaas. In plaats van perline kan ook verse tortellini gebruikt worden, of verse ravioli.

Kip met geitenkaas en granaatappel

Voor de vijgen in dit recept heb ik gedroogde vijgen gebruikt, omdat het geen vijgenseizoen is. Als er verse vijgen verkrijgbaar zijn verdienen die natuurlijk de voorkeur. Dan wel apart van de kip-met-saus serveren.

Snijd en fruit twee teentjes knoflook. Bak 250 gram kipreepjes mee met enkele takjes rozemarijn. Voeg een klein scheutje zoete sojasaus toe. Smelt 30 gram boter en roer er bloem doorheen tot alles gebonden is tot een bol. Voeg beetje bij beetje bouillon bij (van een halve liter paddestoelenboullion), tot een gladde ragout ontstaat. Roer 100 ml room erdoor. Doe de ragout bij de kipfilet en laat 100 gram geitenkaas in de saus smelten. Snijd 4 gedroogde vijgen in kleine stukken en roer door de saus.

Strooi granaatappelpitjes over de kip en serveer met in rozemarijn gebakken krieltjes. Voor de zoete sojasaus is bijvoorbeeld de gember-pruimensaus van enkele blogs terug zeer geschikt.